🏠 / Wat is Gokverslaving? / Biologische Verklaring / Uitwerking Biologische Verklaring

........

Uitwerking Biologische Verklaring

------------------

Uitwerking Biologische Verklaring:

Gokverslaving is een complexe aandoening die voortkomt uit een samenspel van biologische, psychologische en omgevingsfactoren. Uit de verschillende onderzoeken blijkt dat deze verslaving zich manifesteert als een gedragsverslaving, waarbij neurobiologische processen een centrale rol spelen. Dopamine, een neurotransmitter die betrokken is bij het beloningssysteem van de hersenen, blijkt een kerncomponent te zijn in de ontwikkeling en het voortbestaan van gokverslaving. Volgens Volkow et al. (2012) en Clark & Limbrick-Oldfield (2013) zorgt de onvoorspelbaarheid van beloningen bij gokken voor een verhoogde dopamine vrijgave, wat verslavend gedrag in de hand werkt. Deze dopamine-uitstoot creëert een gevoel van plezier en beloning, wat gokkers aanmoedigt om hun gedrag te herhalen.

Naast het beloningssysteem spelen neuro adaptatie en tolerantie een belangrijke rol. Robinson & Berridge (2008) beschrijven hoe herhaalde blootstelling aan gokken leidt tot aanpassingen in het dopaminesysteem, waardoor gokkers steeds meer moeten inzetten om dezelfde beloning te ervaren. Deze veranderingen versterken het verslavingsgedrag en maken het moeilijker om te stoppen. Potenza (2008) vergelijkt deze processen met die bij middelenmisbruik, wat bevestigt dat gokverslaving vergelijkbare neurobiologische patronen volgt als andere verslavingen.

Stress en het HPA-as systeem blijken ook een belangrijke bijdrage te leveren aan de ontwikkeling van gokverslaving. Volgens Sinha (2008) en Blaszczynski & Nower (2002) leidt chronische stress tot een overactieve HPA-as, wat gokgedrag kan versterken als een vorm van coping mechanismen om stress te verminderen. Deze bevindingen suggereren dat stress niet alleen een trigger is voor gokgedrag, maar ook een factor die gokverslaving kan bestendigen.

De onderzoeken naar besluitvorming en cognitieve beperkingen laten zien dat gokverslaving niet alleen een biologische component heeft, maar ook de werking van de prefrontale cortex beïnvloedt. Bechara (2005) en Verdejo-García et al. (2008) wijzen erop dat verslaving de impulscontrole en besluitvorming schaadt, wat leidt tot risicovol gokgedrag en een onvermogen om de lange termijn gevolgen van dat gedrag in te schatten.

Tot slot, genetische factoren spelen ook een belangrijke rol in de vatbaarheid voor gokverslaving. Studies van Eisen et al. (1998) en Comings et al. (1996) tonen aan dat genetische aanleg een aanzienlijke invloed heeft op het ontwikkelen van gokverslaving. Specifiek de variaties in het dopamine D2 receptor-gen (DRD2) verhogen de gevoeligheid voor verslavend gedrag, wat suggereert dat sommige mensen door hun genetische opmaak een groter risico lopen om gokverslaafd te raken.

Samenvattend kunnen we concluderen dat gokverslaving voortkomt uit een combinatie van neurobiologische factoren zoals dopamine vrijgave, neuro adaptatie en genetische aanleg, evenals psychologische factoren zoals stress en cognitieve beperkingen. Dit betekent dat een effectieve behandeling van gokverslaving een geïntegreerde aanpak vereist, waarbij zowel biologische, psychologische als omgevingsfactoren worden aangepakt. Het begrijpen van deze complexe interactie van factoren is cruciaal voor het ontwikkelen van effectieve interventies en preventiestrategieën om gokverslaving te bestrijden. Hieronder een uitgebreide uitleg van de gebruikte artikelen en onderzoeken:

 

 

Dopamine en het Beloningssysteem:

  1. Volkow, N. D., Wang, G. J., Fowler, J. S., & Tomasi, D. (2012). Addiction: Beyond dopamine reward circuitry. Proceedings of the National Academy of Sciences, 109(22), 15037-15042.

In dit onderzoek leggen Volkow en collega’s uit dat dopamine een centrale rol speelt in het beloningssysteem van de hersenen, wat essentieel is voor het ontstaan van verslavingen, waaronder gokverslaving. Dopamine wordt vrijgegeven wanneer we een beloning ervaren, en dit veroorzaakt gevoelens van plezier en beloning. Het beloningssysteem is bedoeld om ons te helpen bij het identificeren van gedrag dat overlevingsvoordelen biedt, zoals eten of sociale interacties.

Bij verslavingen, zoals gokverslaving, raakt dit systeem echter verstoord. De hersenen worden overgestimuleerd door de constante stroom van dopamine die vrijkomt bij gokactiviteiten. Na verloop van tijd kunnen de hersenen minder gevoelig worden voor deze dopamine stoten, waardoor mensen steeds meer van het gedrag moeten vertonen (in dit geval gokken) om dezelfde beloning of “high” te ervaren. Deze vermindering in gevoeligheid leidt tot compulsief gedrag, zoals het continu gokken ondanks negatieve gevolgen.

Een belangrijk inzicht uit deze studie is dat verslaving verder gaat dan alleen het dopamine beloningssysteem. Hoewel dopamine de initiële beloning reactie in gang zet, worden andere hersengebieden betrokken bij verslaving. Dit zijn onder andere de prefrontale cortex, die verantwoordelijk is voor impulscontrole en besluitvorming, en het geheugen, wat leidt tot de sterke associatie tussen gokken en beloning. Hierdoor wordt het steeds moeilijker voor een persoon om te stoppen met gokken, zelfs wanneer zij zich bewust zijn van de negatieve gevolgen.

  1. Clark, L., Limbrick-Oldfield, E. H. (2013). Disordered gambling: a behavioral addiction. Current Opinion in Neurobiology, 23(4), 655-659.

In deze review bespreken Clark en Limbrick-Oldfield de rol van dopamine in gokverslaving en hoe de onvoorspelbaarheid van beloningen een cruciale factor is in de ontwikkeling van verslavend gedrag. Gokken wordt gekenmerkt door de onvoorspelbare beloningstructuur, zoals bij een gokautomaat waarbij een speler niet weet wanneer (of of) er een beloning komt. Deze onzekerheid leidt tot verhoogde dopamine vrijgave in de hersenen, vooral wanneer de beloning onverwacht komt.

De auteurs leggen uit dat deze onvoorspelbare beloningen het beloningssysteem in de hersenen sterker activeren dan voorspelbare beloningen. Dit kan worden verklaard door de manier waarop dopamine werkt: het komt niet alleen vrij als reactie op de beloning zelf, maar ook in afwachting van een mogelijke beloning. Dit mechanisme wordt versterkt door gokken, omdat de spanning van “misschien winnen” voortdurend de dopamine receptoren activeert, zelfs als de daadwerkelijke beloning zeldzaam is.

Dit verhoogde dopamine niveau kan uiteindelijk leiden tot veranderingen in de hersenen, vergelijkbaar met die welke optreden bij middelenverslavingen. De hersenen raken getraind om te reageren op gok prikkels, waardoor het voor gokkers steeds moeilijker wordt om te stoppen, zelfs wanneer ze weten dat hun gedrag destructief is.

Een belangrijk punt dat in deze review wordt benadrukt, is dat gokverslaving, net als andere gedragsverslaving, een complexe interactie is tussen het beloningssysteem en cognitieve factoren zoals impulscontrole en besluitvorming. Omdat gokken vaak optreedt in een context van beloning en verlies, wordt de constante onzekerheid een krachtig mechanisme dat dopamine-afgifte stimuleert en het verslavende gedrag in stand houdt.

Samenvatting: Deze twee onderzoeken benadrukken de belangrijke rol van dopamine in gokverslaving. Terwijl Volkow et al. (2012) het bredere concept van verslaving onderzoeken, waarbij dopamine een verstoring in het beloningssysteem veroorzaakt, richten Clark en Limbrick-Oldfield (2013) zich specifiek op de onvoorspelbaarheid van beloningen bij gokken en hoe dit bijdraagt aan verhoogde dopamine afgifte en verslavend gedrag. Beide onderzoeken bevestigen dat gokverslaving een complexe gedragsverslaving is waarbij neurobiologische factoren een grote rol spelen.

 

Neuro Adaptatie en Tolerantie:

  1. Robinson, T. E., & Berridge, K. C. (2008). The incentive sensitization theory of addiction: Some current issues. Philosophical Transactions of the Royal Society B: Biological Sciences, 363(1507), 3137-3146.

In dit artikel presenteren Robinson en Berridge de Incentive Sensitization Theory of Addiction, een theorie die de neurobiologische mechanismen achter verslaving, inclusief gokverslaving, verklaart. De theorie stelt dat herhaaldelijke blootstelling aan verslavende stimuli, zoals gokken, leidt tot neuroadaptatie, waarbij het dopaminesysteem van de hersenen gevoelig wordt voor prikkels die verband houden met de verslaving. In plaats van zich te richten op de beloning zelf, wordt het dopaminesysteem gevoeliger voor de signalen die gokken voorspellen, zoals het zien van een gokmachine of het horen van een munt in een gokautomaat.

Naarmate een persoon herhaaldelijk aan deze prikkels wordt blootgesteld, ondergaan de hersenen aanpassingen, vooral in het mesolimbische dopaminesysteem. Deze neuro adaptaties zorgen ervoor dat gok prikkels aantrekkelijker worden en meer aandacht waarde krijgen. Dit resulteert in sensitisatie: de drang om te gokken wordt sterker, zelfs als de plezierige effecten van gokken afnemen. De verslaving wordt dus sterker, ook al voelt de persoon minder beloning of plezier tijdens het gokken.

Tolerantie ontstaat doordat het beloningssysteem van de hersenen gewend raakt aan het herhaaldelijk gokken. Mensen moeten steeds meer gokken of grotere risico’s nemen om hetzelfde niveau van plezier te bereiken als voorheen. Dit is een typisch kenmerk van verslaving, waarbij het gedrag escaleert om aan de toenemende drang te voldoen, ondanks de afnemende beloning.

De Incentive Sensitization Theory biedt een krachtige verklaring voor waarom mensen met gokverslaving doorgaan met gokken, zelfs wanneer het plezierige aspect is afgenomen: hun hersenen zijn overgevoelig geworden voor gok prikkels, wat leidt tot een ongecontroleerde drang om door te gaan.

  1. Potenza, M. N. (2008). The neurobiology of pathological gambling and drug addiction: an overview and new findings. Philosophical Transactions of the Royal Society B: Biological Sciences, 363(1507), 3181-3189.

Potenza vergelijkt in deze review de neurobiologische mechanismen van gokverslaving met die van middelenverslaving, zoals drugs- en alcoholverslaving. Het artikel richt zich op de aanpassingen in het brein die leiden tot verslavingsgedrag, met een focus op de overeenkomsten tussen pathologisch gokken en middelenmisbruik. Beide vormen van verslaving leiden tot neuro adaptaties in de hersenen, die veranderingen veroorzaken in beloning gerelateerde systemen zoals het dopaminesysteem.

Bij zowel gokverslaving als middelenmisbruik leidt herhaalde blootstelling aan de verslavende stimulus (gokken of drugs) tot een verhoogde tolerantie. Mensen met een verslaving hebben steeds meer van de verslavende stimulus nodig om dezelfde belonende effecten te ervaren. Dit komt doordat de hersenen zich aanpassen aan de constante aanwezigheid van de stimulus en minder gevoelig worden voor de belonende effecten.

Potenza bespreekt verder hoe deze neuro adaptaties ook de prefrontale cortex aantasten, het gebied dat verantwoordelijk is voor impulscontrole en besluitvorming. Verslavende gedragingen zoals gokken kunnen leiden tot verminderde activiteit in de prefrontale cortex, waardoor mensen met gokverslaving moeite hebben om hun impulsen te beheersen en minder goed in staat zijn om de lange-termijn gevolgen van hun gedrag te overzien.

Een belangrijk inzicht uit dit artikel is dat de hersenen van mensen met een gokverslaving structurele en functionele veranderingen ondergaan die hen kwetsbaarder maken voor terugval en het blijven volhouden van gokgedrag, zelfs als de negatieve gevolgen duidelijk zijn. Deze veranderingen maken gokverslaving vergelijkbaar met middelenverslaving, wat aantoont dat beide stoornissen diepe neurobiologische wortels hebben.

Stress en het HPA-As Systeem:

Het Hypothalamus-Hypofyse-Bijnier (HPA) as systeem speelt een cruciale rol in de manier waarop het lichaam reageert op stress. Bij verslaving, waaronder gokverslaving, kan het HPA-as systeem verstoord raken, wat leidt tot een verhoogde gevoeligheid voor stress. Onderzoek toont aan dat stress een belangrijke trigger kan zijn voor gokgedrag en terugval.

Mensen met gokverslaving vertonen vaak verhoogde cortisolniveaus, een stresshormoon dat wordt gereguleerd door het HPA-as systeem. Wanneer iemand gokt om met stress om te gaan, kan dit leiden tot een vicieuze cirkel waarbij gokken de primaire manier wordt om stress te verlichten, terwijl de onderliggende neurobiologische systemen verder worden verstoord.

Stress en verslaving zijn nauw met elkaar verbonden, omdat gokkers vaak gokken om met stress of emotionele pijn om te gaan. Chronische stress kan neuro adaptaties in de hersenen veroorzaken die het risico op verslavend gedrag verhogen, terwijl gokken op zijn beurt de gevoeligheid voor stress verder verhoogt.

Samenvatting: De theorieën van Robinson en Berridge (2008) en Potenza (2008) leggen uit hoe herhaaldelijk gokken leidt tot neuro adaptaties in het dopaminesysteem, waardoor tolerantie en verslavingsgedrag ontstaan. Gokverslaving deelt veel neurobiologische mechanismen met middelenverslaving, zoals veranderingen in het beloningssysteem en de prefrontale cortex. Daarnaast speelt stress en het HPA-as systeem een belangrijke rol in de verslaving, waarbij stress een belangrijke trigger is voor gokgedrag.

 

Stress en het HPA-As Systeem:

  1. Sinha, R. (2008). Chronic stress, drug use, and vulnerability to addiction. Annals of the New York Academy of Sciences, 1141, 105-130.

In deze studie onderzoekt Sinha hoe chronische stress en een overactief Hypothalamus-Hypofyse-Bijnier (HPA) as systeem bijdragen aan de ontwikkeling en instandhouding van verslavingen, waaronder gokverslaving. Het HPA-as systeem speelt een cruciale rol in de regulatie van stress door de afgifte van het stresshormoon cortisol. Bij chronische stress raakt dit systeem overactief, wat kan leiden tot verhoogde kwetsbaarheid voor verslavingen.

Sinha beschrijft hoe chronische stress de hersenstructuren beïnvloedt die betrokken zijn bij verslaving, zoals de amygdala (die angst en stress reguleert) en de prefrontale cortex (die impulscontrole en besluitvorming beheert). Bij mensen met gokverslaving kan langdurige stress leiden tot dysregulatie van het beloningssysteem, waarbij gokken een manier wordt om stress en negatieve emoties te beheersen. Dit leidt tot een vicieuze cirkel: de persoon gokt om met stress om te gaan, maar het gokken verergert de stress, wat leidt tot meer gokgedrag.

Uit de studie blijkt dat mensen die chronische stress ervaren, zoals werkdruk, relatieproblemen of financiële moeilijkheden, vatbaarder zijn voor het ontwikkelen van verslavend gedrag, inclusief gokverslaving. De verhoogde activiteit van het HPA-as systeem verhoogt de gevoeligheid voor verslavende prikkels, waardoor het moeilijker wordt om impulsen te beheersen en de controle over gokgedrag te behouden.

  1. Blaszczynski, A., & Nower, L. (2002). A pathways model of problem and pathological gambling. Addiction, 97(5), 487-499.

In dit artikel introduceren Blaszczynski en Nower het Pathways Model, dat beschrijft hoe verschillende factoren, inclusief stress en neurobiologische kwetsbaarheid, bijdragen aan de ontwikkeling van gokverslaving. Het model stelt dat er drie verschillende “paden” naar problematisch gokgedrag zijn, waarbij stress en neurobiologische factoren in alle gevallen een belangrijke rol spelen:

    • Emotioneel kwetsbare gokkers: Dit zijn mensen die gokken gebruiken als een manier om met stress, depressie of angst om te gaan. Stress kan bij deze groep een trigger zijn voor gokgedrag, waarbij gokken fungeert als een manier om te ontsnappen aan negatieve emoties. Deze gokkers zijn vaak kwetsbaar voor verslaving door een combinatie van neurobiologische en psychologische factoren, waaronder een overactieve HPA-as.
    • Gokkers met gedragsstoornissen: Deze groep gokt als gevolg van impulscontroleproblemen, vaak gecombineerd met andere gedragsstoornissen zoals ADHD. Stress speelt hier een rol door het versterken van impulsief gedrag, wat leidt tot een verlies van controle over gokken.
    • Biologisch kwetsbare gokkers: Dit zijn mensen met een aangeboren neurobiologische kwetsbaarheid, zoals een overactief beloningssysteem. Stress versterkt de beloningsgevoeligheid van deze individuen, waardoor gokken aantrekkelijker wordt als manier om stress te verlichten.

Het Pathways Model benadrukt dat stress een belangrijke factor is bij alle vormen van gokverslaving, maar dat het in combinatie met andere persoonlijke en neurobiologische factoren leidt tot verschillende vormen van problematisch gokgedrag. Mensen die biologisch of psychisch kwetsbaar zijn, lopen een groter risico om in een patroon van chronisch gokken te belanden als reactie op stressvolle gebeurtenissen.

Samenvatting: De studie van Sinha (2008) benadrukt de rol van chronische stress en een overactief HPA-as systeem bij de ontwikkeling van gokverslaving. Stress veroorzaakt veranderingen in de hersenen, vooral in het beloningssysteem, waardoor gokken een aantrekkelijke manier wordt om met negatieve emoties om te gaan. Blaszczynski en Nower (2002) ontwikkelen met het Pathways Model een uitgebreide verklaring voor hoe verschillende risicofactoren, inclusief stress en neurobiologische kwetsbaarheid, leiden tot verschillende vormen van problematisch gokgedrag.

 

Besluitvorming en Cognitieve Beperkingen:

  1. Bechara, A. (2005). Decision making, impulse control and loss of willpower to resist drugs: a neurocognitive perspective. Nature Neuroscience, 8(11), 1458-1463.

In deze studie onderzoekt Bechara hoe verslavingen, waaronder gokverslaving, de prefrontale cortex beïnvloeden, wat leidt tot slechte besluitvorming en verminderde impulsbeheersing. De prefrontale cortex is verantwoordelijk voor executieve functies, zoals het plannen van gedrag, het evalueren van risico’s en het nemen van beslissingen. Bij mensen met een gokverslaving is dit hersengebied vaak disfunctioneel, waardoor ze geneigd zijn om impulsieve beslissingen te nemen zonder de lange-termijn gevolgen ervan te overwegen.

Bechara beschrijft dat verslaafden vaker keuzes maken die op korte termijn beloningen opleveren, ondanks de negatieve consequenties op de lange termijn. Dit komt door een verstoring in de balans tussen het beloningssysteem (dat onmiddellijke beloningen stimuleert) en de prefrontale cortex (die rationele beslissingen over de lange termijn mogelijk maakt). Deze verstoring maakt het moeilijk voor gokkers om de wilskracht op te brengen om hun gedrag te beheersen, zelfs wanneer ze zich bewust zijn van de negatieve gevolgen.

De studie wijst erop dat gokverslaafden vaak risicovolle keuzes maken en moeite hebben om te leren van eerdere negatieve ervaringen. Hun vermogen om alternatieve keuzes te overwegen en risico’s juist in te schatten is verminderd, wat bijdraagt aan een patroon van problematisch gokgedrag.

  1. Verdejo-García, A., Lawrence, A. J., & Clark, L. (2008). Impulsivity as a vulnerability marker for substance-use disorders: Review of findings from high-risk research, problem gamblers and genetic association studies. Neuroscience & Biobehavioral Reviews, 32(4), 777-810.

Dit overzichtsartikel bespreekt de rol van impulsiviteit als een kwetsbaarheidsfactor voor verslavingsstoornissen, waaronder gokverslaving. Impulsiviteit wordt gedefinieerd als de neiging om snel en zonder nadenken te handelen, wat vaak leidt tot suboptimale beslissingen. De auteurs onderzoeken hoe veranderingen in de prefrontale cortex en andere hersengebieden die betrokken zijn bij cognitieve controle, bijdragen aan impulsiviteit bij gokverslaafden.

Volgens het artikel vertonen probleemgokkers vaak een verminderde cognitieve controle, wat betekent dat ze moeite hebben om impulsen te onderdrukken en risico’s effectief te evalueren. Deze cognitieve beperkingen zijn gedeeltelijk te wijten aan neurobiologische veranderingen in de prefrontale cortex, wat resulteert in een verzwakt vermogen om af te wegen tussen onmiddellijke beloningen en lange-termijn kosten. Dit maakt hen vatbaarder voor het ontwikkelen van verslavingen.

Impulsiviteit is dus niet alleen een gevolg van gokverslaving, maar kan ook een vooraf bestaande kwetsbaarheid zijn, die sommige mensen gevoeliger maakt voor gokverslaving. De auteurs bespreken verder genetische factoren die geassocieerd zijn met verhoogde impulsiviteit en hoe deze bijdragen aan het risico op het ontwikkelen van gokverslaving.

Samenvatting: Bechara (2005) laat zien hoe verslavingen, zoals gokverslaving, leiden tot disfunctie in de prefrontale cortex, wat resulteert in slechte besluitvorming en verminderde impulsbeheersing. Dit maakt het moeilijk voor gokverslaafden om risicovolle situaties te vermijden en verstoort hun vermogen om van eerdere fouten te leren. Verdejo-García et al. (2008) beschrijven impulsiviteit als een belangrijke kwetsbaarheidsfactor voor verslaving, waarbij neurobiologische veranderingen in de prefrontale cortex de cognitieve controle van probleemgokkers aantasten, wat leidt tot impulsief en risicovol gedrag.

 

Erfelijkheid en Genetica:

  1. Eisen, S. A., Lin, N., Lyons, M. J., Scherrer, J. F., Griffith, K., True, W. R., & Tsuang, M. T. (1998). Familial influences on gambling behavior: an analysis of 3,359 twin pairs. Addiction, 93(9), 1375-1384.

Deze tweelingstudie toont aan dat erfelijkheid een belangrijke rol speelt in de vatbaarheid voor gokverslaving. Door het analyseren van 3.359 tweelingparen werd ontdekt dat de gok neigingen van een individu vaak een genetische basis hebben. De resultaten van deze studie laten zien dat genetische factoren ongeveer de helft van de variatie in gokgedrag kunnen verklaren, terwijl de andere helft door omgevingsfactoren wordt beïnvloed.

In de studie werd onderscheid gemaakt tussen eeneiige en twee-eiige tweelingen om het erfelijke component te meten. Omdat eeneiige tweelingen 100% van hun genen delen en twee-eiige tweelingen slechts 50%, konden de onderzoekers vaststellen dat een verhoogde concordantie van gokverslaving bij eeneiige tweelingen duidt op een genetische component. Dit betekent dat sommige mensen door hun genetische opmaak gevoeliger zijn voor het ontwikkelen van gokverslaving dan anderen.

  1. Comings, D. E., Rosenthal, R. J., Lesieur, H. R., Rugle, L. J., Muhleman, D., Chiu, C., … & Gade, R. (1996). A study of the dopamine D2 receptor gene in pathological gambling. Pharmacogenetics, 6(3), 223-234.

Deze studie richt zich op de genetische polymorfismen, specifiek in het dopamine D2 receptor (DRD2)-gen, en hun rol bij gokverslaving. Het DRD2-gen is betrokken bij het reguleren van dopamine, een neurotransmitter die een sleutelrol speelt in het beloningssysteem van de hersenen. De onderzoekers ontdekten dat bepaalde varianten van het DRD2-gen geassocieerd zijn met een verhoogd risico op het ontwikkelen van pathologische gokproblemen.

Mensen met deze genetische varianten hebben mogelijk een verminderd aantal dopamine D2-receptoren, wat betekent dat ze minder gevoelig zijn voor natuurlijke beloningen. Dit kan hen aanmoedigen om gedrag te vertonen, zoals gokken, dat leidt tot een verhoogde dopamineafgifte, om het tekort aan beloning te compenseren. De resultaten suggereren dat deze genetische variaties het risico op gokverslaving verhogen door de manier waarop het beloningssysteem in de hersenen functioneert.

Dit onderzoek ondersteunt de hypothese dat genetische polymorfismen kunnen bijdragen aan de ontwikkeling van gokverslaving en geeft inzicht in de biologische basis van verslavend gedrag. Het biedt ook mogelijkheden voor toekomstig onderzoek naar genetische markers die kunnen helpen bij het identificeren van mensen met een verhoogd risico op verslaving.

Samenvatting: Eisen et al. (1998) laten in hun tweelingstudie zien dat genetische factoren een aanzienlijke rol spelen in de vatbaarheid voor gokverslaving, waarbij ongeveer 50% van de variatie in gokgedrag kan worden toegeschreven aan erfelijkheid. Comings et al. (1996) identificeren een specifieke genetische factor: polymorfismen in het DRD2-gen. Dit gen, dat betrokken is bij de regulatie van dopamine, verhoogt het risico op gokverslaving door veranderingen in het beloningssysteem van de hersenen. Samen geven deze onderzoeken aan dat zowel erfelijkheid als specifieke genetische variaties bijdragen aan de ontwikkeling van gokverslaving.

7512 7283 7514 7316 7430 7299 7215 7415 7410 7407 7404 7401 7398 7318 7258 7263 7266 7269 7274 7287 7184